De eerste oogst uit de moestuin

Ik nodig u uit om uw vragen te stellen en uw wensen te delen. Neem vrijblijvend contact met mij op:

Gerd van Helden
06-53235398
gerd@natuurtuin.nl

Zie ook:

Het is alweer tijd voor de eerste oogst van vruchten en groenten uit de moestuin. Vruchten als bessen, kruisbessen, Japanse wijnbes (lekkere en makkelijke bes), frambozen en aardbeien. Groenten zoals verschillende bladgroente; sla en de eerst peultjes. Eind juni de eerste aardappelen en uiteraard doen alle kruiden het nu ook heel goed.

Moestuinen zijn weer helemaal in!  Wat is er leuker dan lekker eten van groenten uit eigen tuin? Eerlijk gekweekt zonder kunstmest of vergif! Het zien groeien en oogsten is een uitdaging maar vooral een feest! Bessen of boontjes plukken, sla uit eigen tuin. Het smaakt allemaal zo veel beter.  Ook in jouw eigen tuin kun je groenten kweken of combinaties maken van sier- en eetbare planten.

Een eetbare tuin, zeker als stadslandbouw-project laat jong en oud kennis maken met de natuur en met voedsel. Laat je leuke dingen leren. Bijvoorbeeld dat aardbeien niet in een plastic bakje groeien. Een stadslandbouw project is ook een fantastische gelegenheid voor (buurt)bewoners om samen iets moois te realiseren in de buurt.

Bron: Wilde Weelde

Tips voor het snoeien van heesters

Ik nodig u uit om uw vragen te stellen en uw wensen te delen. Neem vrijblijvend contact met mij op:

Gerd van Helden
06-53235398
gerd@natuurtuin.nl

Zie ook:

Heester bloeien in voorjaar, zomer of najaar. Na bloei komt groei. Als u na de bloei snoeit, stimuleert u de groei extra. Zo kunt u de struik ‘motiveren’ om op een bepaalde manier te groeien.

Heeft u een oude heester? Snoei dan na de bloei de dikste takken weg, ongeveer op een derde; zo laag mogelijk bij de grond. Zorg ervoor dat de struik zich verjongt en zijn natuurlijke vorm houdt. We zien heel vaak dat mensen in de struik gaat knippen – buik- en borsthoogte – daardoor ontstaan van die rare uitgroeiende struiken zonder model en een kale onderkant.

Basisprincipes om een heester in een goede conditie te houden.

  • voor dunne takken neemt u een snoeischaar. Voor de wat dikkere takken de takkenschaar en voor de allerdikste takken een snoeizaag
  • gebruik scherp gereedschap. Er zijn handige slijpsteentjes in de handel, waardoor u niet de hele snoei- of takkenschaar uit elkaar moet halen om hem te kunnen slijpen. Bij zagen is het handiger om af en toe het blad te vervangen
  • zorg voor gladde snoeiwonden
  • laat geen ‘kapstokken’ zitten. Dat is het te lange stukje hout dat we vaak zien zitten boven een zijtak. Dat stukje gaat dood en is zo een voedingsbodem voor schimmels
  • snoei niet te dicht langs de stam: Bij de meeste takken ziet u een soort ringetje dicht tegen de stam zitten. Daar zaagt of knipt vlak langs, schuin van de stam af.

Hoe meer licht er in het hart van de struik valt, hoe beter de blad-en bloemknoppen zich kunnen ontwikkelen. Dus knip gerust wat takken in het hart van de struik tot op de grond toe af. Er ontstaan dan vanaf de grond nieuwe scheuten. Knip niet meer dan 20% van de bladmassa van de struik af. Zo houdt u rust in de struik en loopt hij niet vol met ‘waterloten’. Onthoud ook dat het uw struik is en dat het niet handig is als takken de weg versperren. Knip overhangende of te ver uitstekende takken weg, vlak naast een goed ontwikkelde zijtak.

Bron: Wilde Weelde

Bijen, vlinders en hommels in de tuin

Ik nodig u uit om uw vragen te stellen en uw wensen te delen. Neem vrijblijvend contact met mij op:

Gerd van Helden
06-53235398
gerd@natuurtuin.nl

Zie ook:

Volg De Natuurtuin online

Wilt u de tuin bij-, vlinder- en hommelvriendelijk maken? Zorg dan voor de juiste bloemen in de tuin. Vooral enkel bloeiende bloemen zijn van belang omdat deze ook echt nectar hebben. Denk hierbij aan margrieten, klaprozen, lupine en lavendel. Met deze bloemen is er voor de insecten wat te halen en zullen ze eerder langskomen bij u in de tuin.

Vlinders, wilde of solitaire bijen, libellen, amfibieën en vogels. Zij verlangen een goede omgeving die aangepast is aan hun wensen. Beplanting waar ze van kunnen eten en die bescherming biedt. De planten in de tuin leveren ieder afzonderlijk een bijdrage aan het dierenleven. Zo hebben vlinders waardplanten nodig, zoals viooltjes, zuring en ganzeriksoorten. Veel wilde bijen zijn ook sterk gebonden aan specifieke planten soorten, bijvoorbeeld klokjes, andoorn, wilg en schermbloemigen. De beplanting, het bloemrijk gazon, de haag, borders, paden en de vijver bloeien op tijdstippen dat de diverse soorten dieren die nodig hebben.

De oeverrand van de vijver is met allerlei stukken hout verfraaid. Dit is vooral nuttig als schuilmateriaal en afzetgebied voor eitjes e.d. Een grote boomstam mag langzaamaan door insecten in beslag worden genomen. De natuursteen stapelmuur is gemaakt van overtollig Appeltern materiaal. Opgebouwd met een kern van klei. Stukken stam en andere puindelen zorgen voor nestgelegenheid of schuilmogelijkheden. Kleine kieren met holle ruimtes vormen nestgelegenheid voor muizen en wie weet later hommels. Het zandpad is een ideale plek voor solitaire bijen die in de bodem nestelen. Een zandbed van 30 cm is hiervoor het meest geschikt. De grote keien zijn decoratief, maar zorgen ook voor mooie opwarmplekjes voor insecten.

Bron: Wilde Weelde